Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [80]Mijn Vader, laat Job [81]beproefd worden [82]tot het einde toe, om [zijner] [83]antwoorden wil onder de [84]ongerechtige lieden. 80. Te weten, die in den hemel zijt; dat is, o mijn God. Anders, mijn begeerte is dat Job beproefd worde. 81. Te weten, door kruis en tegenspoed. Zie Gen.22:1. 82. Dat is, tot de voleinding van het werk zijner bezoeking, namelijk, als zijn godvruchtigheid ten volle blijken zal door een oprechte bekentenis zijner zonden. Anders, tot de overwinning toe; dat is, totdat hij God als zijn overwinnaar de eer geve en ophoude zo kwalijk te spreken. Of aldus: zal Job beproefd worden tot den einde toe? alsof hij vreesde dat Job door al te langdurige beproeving zijn zonden zou vermenigvuldigen. 83. Dat is, redenen, die hij met antwoorden voortbrengt. 84. Hebreeuws, lieden der ongerechtigheid; dat is, als zijnde een der ongerechtige lieden, die Gods oordelen tegenspreken. Of, met de ongerechtige lieden; dat is, zijnde in zijn doen hun metgezel. Anders, voor de ongerechtigen; te weten, als hun voorspraak zijnde.